Nader tot God – het gevaar

Category: Preek compilaties

Je weet dat ik vorige week ben begonnen, het gaat een soort korte reeks worden die gaat over de tekst: “Nader tot God en Hij zal tot u naderen.” Jakobus 4. Je kunt je bijbel daar openslaan. We zullen de eerste 10 verzen van dit hoofdstuk lezen. Jakobus 4. Zoals ik vorige week aangaf, (gedachte niet afgemaakt) Ik denk dat we vaak, moeten beseffen dat als de Schrift tegen mensen spreekt, het spreekt tegen mensen in hun eigen situatie. En het spreekt zelfs tegen mensen op grond van wat ze van zichzelf zeggen. Je hebt gehoord over “verloochenende de Heere, die hen gekocht heeft.” Of de Schrift zegt: “99 die geen bekering nodig hebben.” Zie je, de Schrift spreekt tot ons op grond van wat we denken te zijn, gebaseerd op hoe wij geloven dat we ervoor staan. Zo vaak proberen we onderscheid te maken. We maken ons meer zorgen om: Spreekt dit tegen een verloren persoon? Spreekt dit tegen een gered persoon? We willen het precies weten. Nee, het spreekt tegen ons. Het spreekt tegen ons in onze situatie. En weet je wat? Misschien ben je verloren en spreekt dit tegen jou. Je belijdt een christen te zijn En dit zou tegen jou kunnen spreken. Dat is hoe de Schrift tegen ons spreekt. Het spreekt tegen ons waar we ons bevinden. “Van waar al die strijd en die conflicten in uw midden? Vloeien ze hier niet uit voort…?” En we weten dit heel goed. We weten dat de wereld om ons heen hier vol van is, het is vol van conflicten, het is vol van strijd. Maar weet je, conflicten en strijd komen ook de kerk binnen en het komt de kerk binnen om precies dezelfde redenen. Waarom? “Uw hartstochten die in alle delen van uw lichaam strijd voeren. U verlangt naar iets en krijgt het niet.” Dat is waarom er strijd is en gekijf en spanning twist en geruzie, wat onze geestelijke staat ook moge zijn. Dus, “u bent moordlustig.” (niet in sv/hsv) Weet je waar Jakobus hier over sprak? Iedereen die rondging en elkaar aan het mes reeg? Misschien. Ik bedoel, het lijdt tot dat soort moord, maar we weten dat onterechte woede, we weten dat ook haat voorgesteld wordt in de Schrift als moord. “U verlangt naar iets en krijgt het niet.” En begeerte is iets waar we allemaal wel eens mee hebben geworsteld. Dit is geen vreemde taal voor ons. “…u kunt ze niet krijgen. U maakt ruzie en voert strijd, maar u krijgt niet, omdat u niet bidt.” Dit gebeurt ons vaak. Je hebt niet, omdat je God niet vraagt. God is Degene Die geeft. En dan vraag je, je vraagt God, je bidt misschien, maar je ontvangt niet. Waarom? Omdat God het niet geeft omdat je verkeerd bidt. God is Degene Die niet geeft als je verkeerd bidt. Het zijn geen mensen die dat doen. Het is God Die dat doet. Mensen geven ons vaak als we verkeerd vragen met het doel het in onze hartstochten door te brengen. Het is God die inhoudt als we verkeerd vragen om het door te brengen in onze hartstochten. En zelfs hier als christenen zijn er dingen die we zouden moeten vragen waar we niet om vragen. Zelfs als christenen kunnen we vragen om dingen om de verkeerde redenen. “Overspelige mannen en vrouwen…” Dit gaat niet over seksuele immoraliteit. Dit spreekt duidelijk over overspelige mannen en vrouwen. “weet u dan niet dat de vriendschap met de wereld…” dat is het probleem. Je maakt van de wereld een afgod. Dat is wat overspel hier betekent. Dat is vijandschap met God. “Wie dan nu een vriend van de wereld wil zijn wordt als vijand van God aangemerkt. Of denkt u dat de Schrift tevergeefs zegt: ‘De geest die Hij in ons deed wonen, begeeft Hij met jaloersheid?'” Ik zou dit zeggen, dit vers hier, theologen trekken hun haar eruit. Ten eerste hebben ze geen idee waar het vandaan komt. En als je naar de verschillende vertalingen kijkt, de vertalers gaan alle kanten op. Ik denk eigenlijk dat de ESV het hier precies goed heeft. Denk maar met me mee. Wat hier staat is dit: God begeert met jaloersheid. Kijk, God is een jaloers God. Dat is wat we hier aantreffen. Overspelige mannen en vrouwen – God wil Zijn bruid niet delen met iemand anders. Dat is in essentie wat er staat. “Hij begeert met jaloersheid…” en ik denk dat dit klopt – het is een kleine g – “…de geest die Hij in ons deed wonen.” zie je wat hier staat? God vormde ons. God gaf ons een geest. Die geest heeft verlangens. De innerlijke mens binnen in ons. Er zijn verlangens en God is jaloers met betrekking tot waar die verlangens op zijn gericht. Ik denk dat dat wordt bedoeld. En ik denk dat de ESV het zegt op een manier die het meest duidelijk en begrijpelijk is en past binnen de context. Maar “Hij echter geeft des te meer genade. Daarom zegt de Schrift, ‘God keert Zich tegen de hoogmoedigen maar de nederigen geeft Hij genade.’ Onderwerp u dan aan God. Bied weerstand aan de duivel en hij zal van u wegvluchten…” Hier is onze tekst: Hij zal tot u naderen. Reinig de handen, zondaars, en zuiver de harten, dubbelhartigen. Besef uw ellendige staat en treur en huil. Laat uw lachen veranderd worden in treuren en uw blijdschap in droefheid. Verneder u voor de Heere en Hij zal u verhogen.” De titel van mijn preek van vandaag is: “Nader tot God: Het Gevaar.” Vorige week: “Nader tot God: De Grootste Nood.” De grootste nood – dat was vorige week. Het grote doel van onze redding, de grote behoefte, de belangrijkste focus van waarom we christenen zijn. We zijn hier niet om kerkje te spelen. Deze redding die we vinden in de Schrift, het heeft een doel. De belangrijkste reden van de evangelie boodschap is dat zondaars een weg vinden om tot God te naderen. Dat is waar het om gaat. Onze primaire behoefte is niet om de hel te ontsnappen. Onze primaire behoefte is niet dat onze zonden worden vergeven. Het belangrijkste uit dit Boek gaat over hoe het paradijs wordt hersteld, hoe de mens terug kan gaan tot God, terug naar het wandelen met Hem in de koelte van de dag. Iemand vraagt: wat is het Christendom? Wat is de kerk? Het staat hier precies. Waar het allemaal over gaat? Velen zien de kerk als iets dat je zou kunnen doen op zondag als je op tijd naar bed gaat op zaterdagavond. Voor sommigen is het automomatisch. Het is een gewoonte. Het is de traditie. Of het moet van pa. Pa verplicht me hier te komen. Voor andere mensen is het een kwestie van je plicht doen. Mensen hebben dit gevoel – je hebt mensen die vanaf de straat binnenkomen Ze willen aan het avondmaal deelnemen. People want to get baptized. Why? Mensen willen gedoopt worden. Waarom? Omdat ze geloven dat op een of andere manier het ze een soort geestelijke beloning geeft En als ik niet naar kerk ga God me dat zal aanrekenen. Voor sommigen is het een sociaal iets. Ik vind dat meisje daar wel aardig. Ik moet naar de kerk omdat mijn sociale leven daar plaatsvindt. Maar wat een enorm contrast met waar Jakobus hier over spreekt. “Nader tot God…” Dat is waar deze serie over gaat. zomaar wat speculeren is, maar wat woorden of een slimme leerstelling die we in onze Bijbel vinden. Broeders, Ik heb het gevoel dat ik met deze serie ben tekort geschoten als wanneer we er klaar mee zijn, je niet kan zeggen dat je ten minste toegerust bent, mijn verstand is op een of andere manier toegerust en ik heb nu gedachten over hoe tot God te naderen. Omdat er hier een belofte is, Maar het is een voorwaardelijke belofte. We moeten hier over nadenken. Ik wil je aan het einde hiervan in staat bent om te zeggen dat je tot God naderde en dat Hij tot jou naderde. Omdat het daar precies over gaat. Ik bedoel, dat is de werkelijkheid hierachter. Het gaat over het ervaren van God. Het is het genieten van God. Het is het kennen van God. Het is het leven geleefd met God. Dat is waar het Christendom over gaat. Het gaat over toegang tot God. Heb je ooit het boek Hebreeen gelezen? Als je door het boek Hebreeen leest merk je op hoe vaak wordt gezegd: Nader. Omdat dat is waar het allemaal om gaat. Het gaat over hoe in het heilige der heiligen te komen; hoe dichtbij de aanwezigheid van God te geraken. Ik heb deze boodschap Het Gevaar genoemd. Want wat is het gevaar? Nou, ik wil het er over twee hebben. Het tweede kom ik nog op terug, het tweede is dit: het is het gevaar van te denken dat je tot God nadert terwijl dat niet zo is. En je realiseert het je niet tot de oordeelsdag wanneer het te laat is. Dat is een gevaar. Dat is een gevaar omdat als er wordt gezegd om te naderen er mensen zijn die denken dat ze naderen. We gaan naar dit tweede kijken. Het eerste gevaar is God Zelf. Weet je? Als we God horen zeggen, “Nader tot Mij,” dan vrees ik, Ik vermoed dat veel mensen daarin niet aarzelen. Veel mensen niet beven bij de gedachte daaraan. En ik wil dat we hierover nadenken. Het idee van naderen tot God, het is nodig hiervan een juiste voorstelling te hebben. We moeten ons realiseren wat het precies is waar Jezus de weg voor heeft vrijgemaakt. We moeten beseffen hoe belangrijk het is dat we alleen proberen dichtbij God te komen op de voorgeschreven manier. Dus God is het eerste gevaar. En ik denk dat mensen hier te weinig over denken. Waarschijnlijk denken we er hier te weinig over na. Maar ik weet dat in de wereld… Weet je? Zondige mensen, ze stellen zich gewoon voor dat God geheel – geheel toegankelijk, makkelijk toegankelijk is. Er is geen probleem. (onafgemaakte gedachte) De wereld – kijk, daar komen wij zelf uit vandaan. dingen die we niet begrijpen. We begrijpen dit. Ik herinner me hoe het was toen ik verloren was. Het is niet alleen dat we denken dat God makkelijk toegankelijk is. We stellen ons voor dat God in Zijn handen wrijft, en dat Hij wanhopig wil, dat Hij wil dat we tot Hem komen. In werkelijkheid zijn er predikers, die Hem zo voorstellen. Hij wrijft in Zijn handen. “O, Ik wenste dat ze tot Mij kwamen.” En jullie weten, de wereld ziet Hem als een kerstman en “de Grote Man hierboven.” En ze schilderen dit beeld van een zielige god. Waarom? Nou, we zien het in Romeinen 1. Ze willen de waarheid van God onderdrukken. Ze willen God verlagen. Ze willen Hem verkleinen. Maar weet je wat? Het punt is dat de weg naar God is afgesloten. Besef je dat? De mens heeft geen toegang tot God omdat ze niet tot Hem gaan op de manier die God heeft voorgeschreven en de weg is voor hen toegesloten. Dit schokt mensen. Precies daar waar we van lazen – Psalm 22. Als je naar Psalm 21 gaat – laten we daar naartoe gaan – Psalm 21. Ik neem je mee naar deze verzen. Ik ben niet geinteresseerd in het preken van mijn mening hierover aan u. Je moet dit zien in je eigen bijbel. Omdat ik niet wil dat iemand denkt: Ik verzin dit, of dit is mijn voorstelling van God. Nee, dat is niet wat ik vandaag wil doen. Ik wil dat je een beeld ziet dat vandaag de dag eerlijk gezegd niet meer wordt voorgesteld. Psalm 21. Let op Psalm 21. Je hebt in principe dit beeld in v. 13 (HSV) “U zult hen tot een doelwit maken.” Wie? Nou, de mensen die verkeerde dingen bedenken, mensen die kwaad beramen, dit nageslacht van onder de mensenkinderen “U zult hen tot een doelwit maken. Met Uw boog zult U op hun gezicht richten.” Kijk, je gaat deze wereld in en je vertelt ze, wil je een nauwkeurige voorstelling? Je stelt je God voor als onmachtig en zwak en wrijvend in Zijn handen? terwijl Hij alleen maar wil dat je tot Hem komt? Weet je dit ook? Weet je dat de Schrift zegt dat de toorn van God op wie blijft? Het blijft op degenen die de Zoon niet gehoorzamen. Weet je wat de waarheid is met betrekking tot elke niet-christen in deze wereld? God heeft Zijn boog – heb je ooit een boog aangespannen? Sommigen van jullie hebben dat. Een boog met ongeveer kg aan trekkracht? Ik bedoel, je zou het nauwelijks naar achteren krijgen, maar dan laat je los. Kan je het je voorstellen? God heeft Zijn boog aangespannen. Hij heeft de pijl erop en je hoort wat er staat, het is gericht op hun gezicht. Het is op het gezicht gericht en dat ding is klaar om bevochtigd te worden met jouw bloed. En dat is het beeld van de Schrift. Ik verzin dat niet. En je gaat de wereld in en je vertelt het ze, dat is de God van de Schrift. Hij heeft dat ding aangespannen en Hij is klaar om het los te laten. En je weet dat er niets is tussen het loslaten van de pees met zijn vingers dan Zijn voortdurende geduld en vriendelijkheid. Maar oh, er komt een einde aan. Er komt een einde aan. Dit is het beeld. De God van de Bijbel is zeer gevaarlijk. Dit is de God Die ons vertelt: Nader tot Mij. En weet je wat? De mens voelt zich niet op zijn gemak met deze God. Nee. Hij is niet op zijn gemak. Daarom onderdrukt Hij. Je weet wat er in Romeinen 1:18 staat. De toorn van God wordt geopenbaard. Waarom? Waardoor? Waarom wordt de toorn van God geopenbaard? Goddeloosheid en ongerechtigheid. En wat doen ze in hun ongerechtigheid? Ze onderdrukken. Je ziet het, wat is bekend vanuit de schepping? Wat wordt er gezien in de schepping? Zijn eeuwige kracht en Zijn goddelijkheid (HSV). En weet je wat? Mensen onderdrukken dat omdat ze niet houden van deze God – deze God is verschrikkelijk. Deze God is machtig. En deze God is de God die mij heeft gemaakt. Dit is de God waarvoor ik moet buigen. Deze God heeft recht op mij en ik vind dat niet leuk. En weet je waar dat toe leidt? De mens onderdrukt. En weet je wat er gebeurt als de mens onderdrukt? Gods toorn wordt opgewekt. En dit is gewoon een cyclus. De Schrift zegt dat mensen onderdrukken, en Gods toorn wordt vermeerderd. En mensen onderdrukken dat nog meer. Het is alsof ze het niet willen weten. Ze willen dat niet zien. Ze willen dat niet horen. En als je tot de Schrift komt, luister, iemand kan zeggen, weet je, we houden niet van deze God van het Oude Testament. Nee, nee, als je bij het Nieuwe Testament komt, daar heb je Ananias and Safira. Ze logen tegen de Heilige Geest. en daar zijn hun lichamen, een voor een worden ze weggedragen en begraven in de grond. De schrijver van de Hebreeenbrief zegt “Onze God is een verterend vuur.” En hij zei dat je beter voorzichtig kunt zijn omdat het vreselijk is om te vallen in de handen van de levende God. Je kunt beter voorzichtig zijn met deze God. Deze God zegt, “Nader tot Mij.” Maar je moet beseffen wie deze God is. Dit is een zeer, zeer gevaarlijke God. Wij zijn zondaren. Wij zijn zondaren. We doen alsof dat niets betekent. En weet je, zelfs als christenen, kunnen we dat vergeten. Weet je wat er gebeurt als je onder de overtuiging van de Heilige Geest komt? We weten wat er gebeurt. Jezus zei dat als die Geest komt, Hij de mens zal overtuigen van zonde van gerechtigheid – een gebrek daarvan – en van oordeel. En weet je, vaak als we komen, als we gekomen zijn tot echte overtuiging, echt sterke onderzoekingen, maar je kunt voor een tijdje wandelen als een christen, en je kunt er ongevoelig voor raken. We kunnen vergeten. We kunnen vergeten hoe vreselijk de God van de Schrift is. Zie je dit in? De mens – we zijn zondaren. We leven in geleende tijd. Voor de natuurlijke mens, is dit de dodencel. En de hel is echt. En zijn gapende mond, het doemt op, en het verzwelgt mensen. Je denkt aan de mensen die sterven aan het virus. Weet je dat de grote meerderheid, de grote meerderheid, ze wordt opgeslokt door een eindeloze hel. En dat is Gods hel en God werpt ze daarin. God is degene die zegt wijk van mij. Dit is Gods werk. Ken je de God van de Schrift? Hij zegt, “Ik dood en Ik maak levend.” Dat is de God van de Schrift. En Hij is niet beschaamd dat te zeggen. Mensen schamen zich voor de God van de Schrift. Of, je hebt een tsunami, een aardbeving, of een of andere ramp, of een of ander virus, en mensen willen altijd dat God rekenschap aflegt. Of ze krijgen kanker: “Hoe kan God mij dit aandoen?” Luister, ik zeg je dit, de God van de Schrift, Hij schaamt zich er niet voor te zeggen, Ik ben Degene Die dat deed. Ik veroorzaak rampspoed. Dat zegt Hij. Dat doet Hij. Hij doodt. In Deuteronomium 32 zegt Hij dit, Het is alsof Hij zegt – weet je, de mens eist dat God rekenschap geeft van Zichzelf, en God zegt: Eis je rekenschap van mij? Ik zal het je geven. “Zie nu in dat Ik Die ben, en er is geen God naast Mij. Ik dood en Ik maak levend. Ik verwond en Ik genees en er is niemand die uit Mijn hand redt.” Dat is waar het Nieuwe Testament langskomt en zegt dat het vreselijk is om te vallen in de handen van de levende God. Deze God verderft zondaren. En als je in die hand valt, als je dicht tot deze God nadert zonder de bescherming die Christus geeft, is het zo vreselijk. Het is angstaanjagend. Voor een onvoorbereide zondaar voor de heilige God van de Schrift te komen, absoluut angstaanjagend. In Psalm 50 – mensen houden er niet van dit te citeren. Er zijn veel dingen in de Schrift die ons ongemakkelijk maken en waar je niet veel over hoort preken. Luister hiernaar, begrijp dit. Psalm 50:22. “Begrijp dit toch, u die God vergeet…” Het spreekt in feite tegen de verlorenen, ieder die God vergeet. Je draait je rug naar Hem toe. Negeert Hem. Wandelt rond alsof God geen gezag heeft in je leven. Hij heeft je nooit wetten gegeven om je aan te houden. Hij zegt, negeer je God, vergeet je God? Hij zegt, begrijp dit toch – u die dat doet – “anders verscheur Ik u,” zegt de HSV. Veel van de vertalingen zeggen: “verscheur Ik u… en er is niemand die redt.” Zie je, niemand kan je redden uit Zijn hand. En Hij waarschuwt je. Hij waarschuwt je dat Hij je zal verscheuren. Je wil niet onvoorbereid oog in oog komen met deze God. Kijk, wanneer Hij zegt tot Hem te naderen, broeders, Ik zal je dit zeggen. Deze God is in deze ruimte. Deze God is hier. Deze God vult deze plaats. Deze God weet wat zich afspeelt in ons verstand en onze gedachten. Hij is niet ver zoals de apostel zegt. Hij is hier. Deze God is hier. Er er zijn sommigen van jullie, de kinderen waar we voor gebeden hebben, valse belijders – er zijn er sommigen, die boog is aangespannen en die pijl is dorstig naar jouw bloed en Hij heeft het gericht op jouw gezicht. Je weet het niet omdat je het niet ziet. Je ziet de zon schijnen. De air conditioning is aan. Je ziet de broeders om je heen. De lichten. Je hoort mijn stem. Je kunt ademen. Waarschijnlijk krijg je genoeg tijd om een maal te eten deze middag. Maar dat neemt het feit niet weg. Dat vermindert het totaal niet. Mensen zijn zo bedwelmd en ze zijn verward en ze zijn blind voor wie de God van de Schrift is. Zach liet me zien – nee, Zach vertelde me over iets dat hij zag. Ik weet niet of het op YouTube was of waar het was, maar ja, broeder, je vertelde me over de persoon die geraakt werd door zoveel miljoen volt elektriciteit en het greep hem en het verbrandde hem. Als je nadenkt over de God van de Schrift, is het als naderen tot miljoen volt elektriciteit, maar Hij is geen elektriciteit. Hij is geen levenloze, onpersoonlijke kracht. Hij is veel gevaarlijker dan 10 miljoen volt elektriciteit. Weet je waarom? Omdat het Zijn toorn is Die gericht is op de zondaar. En Hij kijkt naar die zondaar en Hij is vastbesloten om Zijn almacht te gebruiken om die persoon te verscheuren. De hel is echt en de hel is voor zondaren. En wij zijn van nature gevallen en gebroken en we zijn zondaren. En het is de liefde van God, het is de genade van God ons een uitweg aan te bieden, ons een weg aan te bieden – maar er is maar 1 weg – Er is maar een weg tot de Vader. Dat kun je beter niet vergeten. Een weg. En je komt niet op een andere manier. En als je niet door die ene weg komt, is Hij je ergste nachtmerrie. Hij haat kwaaddoeners. Dat is wat de Schrift zegt. En wij zijn van nature allen kwaaddoeners. Hij richt Zijn macht op ons. Ik herinner me dat als nieuwgelovige, broeders, ik was onwetend. Ik was een gemiddelde Katholiek. Ik had de Bijbel niet gelezen. O, er waren een paar keren dat als ik me verloren voelde Ik erin keek in Openbaringen en wauw! Dat was gestoord. Maar ik kende de Bijbel niet. Toen ik gered werd, kreeg ik zo’n honger naar de Bijbel en begon ik te lezen. En ik begon in Genesis. Ik had dit nooit eerder gelezen. En ik begon door de Schrift heen te gaan. Ik begon door de Schrift heen te gaan. En ik begon iets te ervaren dat ik nooit eerder had ervaren. Ik begon een beven in mezelf te ervaren dat kwam van het lezen van de Schriften en zien van Wie God is. En ik weet dat R.C. Sproul een boek schreef over de heiligheid van God en Hij bracht deze zaken naar buiten. Jaren geleden las ik dat boek. Maar ik zal je vertellen, voordat ik ooit dat boek tegenkwam, precies de dingen die hij beschrijft in dat boek, kwam ik zelf eerstehand tegen toen ik het Oude Testament aan het lezen was en het verschrikte me. Ik dat dat er iets verschrikkelijks was aan God. Broeders, heb je ooit de afbeeldingen gezien van de ark van Noach? Heb je ooit de traditionele afbeeldingen gezien, de typische afbeelding? Je gaat online of je kijkt naar een kinderboek? Wat is het? Ten eerste, het is een ark die ongeveer zo groot is en het laat Noach zien en hij heeft gewoonlijk een staf en een grijze baard en hij lacht met een paar giraffen naast hem. Kan je je voorstellen wat het geweest moet zijn om op een ark te zijn en je te realiseren dat God net elke… gedood heeft. Kan je het je voorstellen? Acht mensen – 1, 2, 3, 4, 5, 6, 7, 8. Sorry, de rest van jullie ligt eruit. Ik bedoel, kan je je voorstellen als de 8 van ons naar elkaar keken en gisteren doode God iedere – Ik bedoel, hier, daar, overal op deze aarde. We zouden naar elkaar kijken. Het is alsof wauw, Hij heeft net iedereen gedood. Ja, ze houden ervan om hun kleine kinderen boeken te maken. Noachs ark – ha ha, weet je, dit grappige ding hier. Er zijn nijlpaarden op. Hij heeft iedereen gedood. God doodde ze. Je hoeft geen verontschuldigingen voor Hem te aan te bieden. Hij deed het en Hij zegt dat Hij het deed. Hij schaamt Zich er niet voor te zeggen dat Hij het deed. Hij zegt, “Ik zal de mens, die Ik geschapen heb verdelgen.” Hij schiep ons. We behoren Hem toe. We moeten dat duidelijk hebben vanaf het begin. Ik ga ze verdelgen van de aardbodem. En mensen zeggen, nou, mijn “god” zou dat niet doen. Er is iemand in mijn familie die zei als God zo is, hou je God dan maar. Ik vertelde een persoon in mijn familie, Ik zei dat grootvader in de hel is. Ze gewaren gewoon geschokt! Ze waren verbijsterd! Verbijsterd dat mijn grootvader in de hel zou zijn! Maar mijn grootvader – hij was een slecht mens. God doodde de mensen van Sodom en Gomorrah. En opdat je dit niet van je afschuift voor een andere keer, moet je heel goed luisteren – luister hiernaar. Dit is Petrus – het Nieuwe Testament. “God heeft de engelen niet gespaard die gezondigd hebben.” Nee. Ze werden overgegeven. Er is geen hoop. in duisternis. Dat deed Hij. Hij heeft “hen in de hel geworpen en overgegeven aan de ketenen van de duisternis om tot het oordeel bewaard te worden. Hij heeft de oude wereld niet gespaard, maar het achttal van Noach, de prediker van de gerechtigheid bewaard, toen hij de zondvloed over de wereld van de goddelozen bracht; God heeft de steden Sodam en Gomorrah tot as as verbrand en tot de vernietiging veroordeeld.” Nou je kunt dit maar beter horen. “…en tot een voorbeeld gesteld heeft voor hen die goddeloos zouden leven.” Deze muren beschermen je niet. Deze kerk geeft je geen toegang tot God. En je ouders geven je dat niet en christelijke families niet. Je hebt geen toegang behalve door 1 weg. En ik vertel je dit, wat God zegt is zie je wat ik de met de gehele wereld deed? Min 8 zielen? Zie je wat ik met Sodom en Gomorrah deed? Zie je wat ik met deze engelen deed? Hij zegt dat dat een voorbeeld is van wat ik met jullie ga doen. Als je uiteindelijk voor Mij verschijnt op de dag van je dood of op de dag van Christus’ komst en je bent niet tot Mij gekomen via de ene weg die Ik heb gegeven om te komen, Mijn boog is gespannen. Gericht op jouw gezicht. En je kan het maar beter geloven. Mijn geduld gaat opraken. En als je goddeloos bent wanneer je me ontmoet, heb je een serieus probleem omdat ik je zal verscheuren. Je zegt, “dat is niet mijn god!” Nou, dan is jouw god niet de God van de Schrift. Deze God is gevaarlijk. We moeten dat beseffen. Onze ogen moeten daarvoor open zijn. Voor de mens om tot God te naderen, moet je de grote tegenstelling onderkennen. Hier zijn wij. We zijn zondaren. Ik bedoel, we zijn kwaad. En God is heilig. Neem iemand als Mozes en het is als met Mozes, je kunt beter even stoppen, en je kunt beter die schoenen van je voeten doen. Weet je wat? Van een afstand is een mens moedig. Dat is wat er aan de hand is. Het is een beetje zoals met Job. Job is een rechtvaardig man, van een afstand is hij best moedig. O, als ik een onderhoud zou kunnen hebben met God… Nou, ik zal je vertellen, toen God antwoord gaf aan Job vanuit de storm, zei Hij dit, “Wie is hij die Mijn raad duister maakt met woorden zonder kennis? Omgord nu als een man uw heupen, dan zal Ik u ondervragen. Maak Mij eens bekend: Waar was u toen Ik de aarde grondvestte? Maak het bekend, als u echt inzicht hebt.” De Heere zei tegen Job, “Zal hij die een rechtszaak voert met de Almachtige, Hem onderwijzen? Laat hij die God ter verantwoording roept, daarop antwoorden.” Zie je wat er gebeurt? Er is iets aan God, Het is als een storm. Heb je ooit een echte zware storm en het is alsof iets in je zich wil verbergen maar iets wordt er door aangetrokken. Het is als de bliksem. Je wil het zien, maar je wil er niet te dichtbij komen. Heb je ooit de bliksem dichtbij gehad? Zie je de storm wel eens komen en de bliksem flitsen aan de horizon? We gaan meestal niet weg. We willen het zien. Wauw! Maar weet je als het echt dichtbij is En het slaat dichtbij in? Boem! (onafgemaakte gedachte) Dit is hoe het is met God. Het is bijna alsof er iets betoverends is. Er is iets ontzagwekkends, aantrekkelijk aan, maar er is iets in dat ons doet wegrennen. Weet je? Je wil kijken naar mensen in de Schrift als ze in de nabijheid van deze God komen, het verbrijzelt ze gewoon. Het is verwoestend. Ze zijn erdoor ontdaan. Ik bedoel, hier heb je God. Job, vertel Mij. Waar was je toe ik dit deed en toen ik dat en dat deed? Job geeft uiteindelijk antwoord. “Zie, ik ben te gering; wat zou ik U antwoorden? Ik leg Mijn hand op mijn mond.” God zegt tegen hem, “Wilt u Mijn recht vernietigen? Wilt u Mij schuldig verklaren opdat u zelf rechtvaardig bent? Hebt u een arm zoals God? En kunt u, zoals Hij, met uw stem donderen? Tooi u nu met trots en hoogheid, en bekleed u met majesteit en glorie. Verspreid de verbolgenheden van uw toorn, en zie elke hoogmoedige en verneder hem. Zie elke hoogmoedige en onderwerp hem, en verpletter de goddelozen op hun plaats.” Dat is wat Hij gaat doen. ze verpletteren op hun plaats. Jog zegt dat hij zichzelf veracht. Ik bekeer me in stof en as. En je weet zeer goed wat er op die dag gebeurde toen Jesaja in de nabijheid van de Heere kwam. “In het jaar dat koning Uzzia stierf, zag ik de Heere zitten op een hoge en verheven troon.” En er waren serafim, maar het ging niet om de serafim. Ze hadden zes vleugels en met twee bedekte ieder zijn gezicht en met twee vlogen zij. met twee, bedekten zij hun voeten. Maar daar ging het niet om. Zei riepen, “Heilig, heilig, heilig is de HEERE van de legermachten. heel de aarde is vol van Zijn heerlijkheid.” Hij aanschouwde de Heere. En hij zei, “Ik verga.” “Ik ben immers een man met onreine lippen. en woon temidden van een volk met onreine lippen.” Hoe zelden denken mensen op deze manier! Ze zien God gewoon als klein, onbelangrijk. Maar laten we het onder ogen zien. En weet je wat er gebeurt met degenen die, broeders, jullie weten hiervan. Jullie kennen deze geschiedenissen. Als je je bijbel van het begin tot het einde hebt gelezen, weet je dit. Je kent Mozes, Aaron. Twee van Aarons zonen. Wat doen ze? Ze proberen een beetje creatief te worden met het vuur dat ze in hun wierookvat deden toen ze de offerdienst uitvoerden. En weet je wat er gebeurt? God reageerde snel en hevig en Hij doodde ze ter plekke. Je zegt, oh, Aaron probeert de Heere te dienen. Zijn zonen proberen de Heere te dienen. Ze voldeden daar hun plichten. Kwam God langs om te ze bedanken? Hij kwam niet langs om ze te danken. Hij doodde ze. Het is zo’n beetje hetzelfde met Uzza. Hij is een andere die typisch opkomt in onze gedachte. Uzza was niet van het priesterlijk geslacht. Hij was geen Kohatiet welke alleen geacht werden de handbomen te dragen die de ark droegen die nooit in een wagen moest worden gezet en nooit onbedekt mocht worden blootgesteld. Ahio en Uzza waren de zonen van Abinadab. Abinadab was degene die de ark binnenhaalde toen deze terug werd gebracht van de Filistijnen. Je herinnert je het hele gebeuren. Hun God Dagon viel om, zijn hoofd ging eraf, de handen kwamen eraf. En ze moesten er vanaf. Die mensen werden gedood, vernietigd door deze God. Ze moesten van deze ark af. Hij kwam uiteindleijk bij Abinadab terecht. Dus nu wil David deze terug brengen naar Jeruzalem. En je weet wat er gebeurde. De ossen struikelen, er gebeurt iets met de wagen. Uzza steekt zijn hand uit om de ark stabiel te houden. We zouden hier allemaal naar hebben gekeken en gezegd, God zou hem moeten danken. God doodde hem ter plekke. We vinden dat niet leuk. Het feit is dat Aarons zonen ter plekke verbranden. En weet je wat God zei? God zei, Mozes, je kunt Aaron beter vertellen, laat je hoofdhaar niet loshangen. Scheur je kleding niet. Als ze dat doen, tekenen ze hun doodsvonnis. Wow… Als je ooit RC Sproul hierover hoort preken, hij zei, je kunt maar beter geloven dat Aaron zich kalm hield. Zijn zonen zijn dood. Ze zijn verteerd. Je kunt je beter kalm houden omdat je zonen de Heere hebben onteerd. En zie je, God heeft hierover geen bedenkingen. Je onteert Mij, Ik kan je ter plekke doden. Dat is de God van de Schrift. En weet je, toen God Uzza doodde, David – weet je wat er gebeurt? Wat er gebeurt is dat we ontzet worden door een God als deze. En toch, dit is hoe God is. Zelfs David, David, een man naar Gods hart, weet je hoe hij reageerde? De Bijbel zegt dit, “David onstak in woede…” dat is het eerste “…omdat de Heere Uzza een zware slag had toegebracht. En hij noemde die plaats Perez-Uzza tot op deze dag.” En, “David was op die dag bevreesd voor de Heere.” Je kan het maar beter geloven. En maakte hem woedend en bang. De woede? Niet gerechtvaardigd. De angst? Ja, dat is gerechtvaardigd. Maar weet je toen hij moest uitwijken naar, wat was het, Obed-edoms huis? Hij moest de ark daar achterlaten. Hij realiseerde zich, wacht, we kunnen dit ding niet binnenbrengen. Maar weet je, als je naar het verslag kijkt. toen hij terug kwam om het op te halen, nu deden ze het juist – niet in een wagen. De Kohatieten waren er en ze hadden de draagbomen. (onafgemaakte gedachte) Hoewel Davids eerste reactie er een geweest mag zijn van boosheid, hij erkende dat God was onteerd. Ze hadden gedaan wat God had gezegd niet te doen. Dit is de heilige God van de Schrift. En Hij zegt, Ik heb het recht te doen wat ik wil doen, niet wat mensen Mij bevelen te doen. Luister, het punt waar het echt om draait, waar we mee te maken hebben is niet waarom God zondaren straft voor hun zonde, maar het zou ons moeten verbazen dat God tegen zondaren zegt er is een weg terug naar Mij. Dat is wat ons zou moeten verbazen. De waarheid is dat we zo gewend zijn – je weet wat er in Prediker staat. Er staat dat de mens zondigt en zijn zonden wordt niet meteen mee afgerekend. en dus wat doet dat? Het maakt hem alleen maar moediger om door te gaan met zondigen. Wat er gebeurt is dat we zondigen. Je hebt misdadigers in deze wereld, ze doen vreselijke dingen, En toch, de waarheid is, we zijn allemaal misdadigers en al onze zonden verdienen de verdoemenis. We verdienen om door God verdoemd te worden en door God gestraft. Dat is wie we zijn. Dat is wat we hebben gedaan. Dat is hoe we van nature zijn. We zijn Adamskinderen. En weet je wat de waarheid is? We komen in deze wereld en zelfs als kleine kinderen beginnen we te zondigen, maar het oordeel komt niet onmiddellijk over ons. En het is grote genade. Het is grote goedheid. Maar omdat het gebeurt, je weet wat er dan gebeurt. We beginnen het als vanzelfsprekend te vinden. Je neemt het voor lief. Genade wordt als vanzelfsprekend beschouwd. Gods geduld – als vanzelfsprekend beschouwd. Gods genade – als vanzelfsprekend beschouwd. Dat is wat er gebeurt. En het verwondert ons niet langer. Het verschrikt ons niet meer. Weet je wat ons verbaast? Wat ons verschrikt is Uzza. Wat? Ik bedoel, de man probeerde alleen maar U te helpen, God, en U doodde hem! Dat verbaast ons. Zelfs stoppen en denken aan de mensheid. Maar 8 mensen. Je ziet, we verbazen ons. We raken verschrikt. We raken beledigd en verontwaardigd en ontdaan wanneer God’s toorn uitbreekt omdat we gewend geraakt zijn te verwachten… Gods genade? We gapen wat. Het kruis? We nemen het voor lief. Natuurlijk, we verwachten dat God de mens verlost. Ik bedoel, niemand aarzelt als God zegt nader. Dat is het probleem. We zouden moeten aarzelen. Er is iets zo verschikkelijks aan God dat het idee van tot Hem naderen ons zou moeten… Ik zeg niet dat je zou moeten aarzelen als je de waarheid kent waarom je vrijmoedig zou moeten naderen. Maar ik zeg alleen maar dat er veel mensen in deze wereld zijn, Ze naderen niet via de ene weg. Ze krijgen geen toegang op de enige manier. En ze stellen zich voor dat ze gewoon in Zijn aanwezigheid kunnen komen. Je hebt zo vaak verloren mensen die bidden. Ja, ja, ja… we verwachten dat God goed is. We vewachten dat God vriendelijk is. We verwachten het. We stellen ons het naderen tot God voor als het gemakkelijkste ding onder de zon. Het kruis verrast ons niet. Dat verwachten we ook. We zijn niet verrast dat God de mens verlost. We zijn niet verrast dat God de mens liefheeft. We zijn niet verrast dat God ons roept om te naderen. Wat ons verbaast is als we horen over: wat? Verscheurt Hij mensen? Ik bedoel, weet je hoe beledigd mensen raken bij de idee dat God Israel het beloofde land in stuurt om min of meer volkerenmoord te plegen en man, vrouw en kind uit te roeien. Ze wegvagen. Mensen zijn daarover verbijsterd. Ik zeg je, de eerste momenten van de hel moeten zo verbijsterend zijn. En ik bedoel voor mensen die zo gewend zijn aan het ontvangen van de vriendelijkheid en het geduld van God. Ze hebben er zoveel van ervaren dat de eerste momenten van de hel een absolute schok moeten zijn voor mensen. Ze zijn er gewoon over verbijsterd. Hoe kan dit? Wat we zijn vergeten is dat de minste zonde waar we schuldig aan zijn, het minste recht op genade dat ik of jij hebben geheel wegneemt. We hebben ons recht verbeurd door onze zonde. We verdienen 1 ding en het is om hier niet te zijn. En het is niet om de waarheden te horen die we horen We verdienen 1 ding en we verdienden het lang geleden en God heeft ons niet gegeven wat we verdienden. Maar ik zeg je, je weet dit, Je weet hoeveel mensen er vandaag sterven. ze worden in die hel geworpen en God is het die ze daarin gooit en ze worden wakker in het ruwste ontwaken. Ze hebben dit zo lang aangenomen als vanzelfsprekend En uiteindelijk zegt God je tijd is om. Geef rekenschap. Welke rekenschap kunnen we geven als we Christus voor ons uitgestald hadden en we niet zochten in die weg voor Zijn aangezicht te naderen? We verdienen 1 ding. We verdienen afgeslacht te worden voor Zijn aangezicht. Dat zijn choquerende beelden. Ik weet het. Maar luister hiernaar. Dit is het Nieuwe Testament. “Maar deze vijanden van Mij die niet wilden dat Ik Koning over hen zou zijn…” Dat is het punt. Dat is wat het christendom moet doen. “Waarom noemt u Mij ‘Heere, Heere,’ en doet niet wat Ik zeg?” Weet je wat Jezus zegt? Iedereen die niet wilde dat Ik over hen zou regeren – onthoud, er is een wijs man, er is een dwaas man. De wijze man bouwt zijn huis op de rots. De wijze man hoort wat Jezus zegt en doet het. Hij gehoorzaamt. Gehoorzaamheid. De dwaze man – hij hoort en doet het niet. En zijn huis valt. En hier is een beeld van de val. Lukas 19:27, “Maar deze vijanden van Mij die niet wilden dat Ik Koning over hen zou zijn, breng ze hier en sla ze voor Mijn ogen dood.” Echt? Staat dat in het Nieuwe Testament? Jezus die Zijn dienaren vertelt om hen te brengen die zich niet onderwierpen en ze voor Hem dood te slaan (af te slachten)? Wat een vreselijk woord! Weet je, wanneer je terug gaat in het Oude Testament wat je je realiseert als God verschijnt daar op de Sinai, het was zo verschrikkkelijk dat de mensen zeiden: Mozes, spreekt u met ons. Wij kunnen dit niet verdragen. Wat er gebeurde was zo verschrikkelijk dat ze zeiden, kijk, als we hier blijven, dan zullen we sterven. En weet je wat God zei? Wat zij gezegd hebben is goed. Of Manoah. Denk aan Manoah en zijn vrouw. Toe de engel opvoer zeiden ze: We hebben God gezien. We zullen sterven. Dat zei Manoah en zijn vrouw zei, nou, misschien is dat niet het geval. Maar wil je weten over het naderen tot God? Onder de Oudtestamentische bedeling had je daar de tent. De tabernakel. De tent der samenkomst. Dat was een verschrikkelijke plek. Waarom? Omdat als je daar binnen ging je daar het heilige had. En als je verder ging achter het voorhangsel dan was daar het heilige der heiligen. En weet je wat hen werd verteld? Hen werd verteld: Aaron, je kunt maar beter belletjes aan je gewaad hebben. Als je dat niet hebt, zul je sterven. Je kunt je maar beter gewassen hebben met water. Als je dat niet doet, zul je sterven. Je kunt die lamp maar beter op de juiste manier aansteken, het brood op de juiste manier tonen, het reukwerk precies goed. Je kunt maar beter het juiste offer offeren. Het bloed op de juiste plaatsen hebben. Als je dat niet doet, zul je sterven. Je kunt maar beter komen op de voorgeschreven tijd of je zult sterven. Je kunt maar beter niet te snel weer weggaan of je zult sterven. Je kunt maar beter een afstammeling zijn van Aaron. Je kunt maar beter de juiste persoon zijn of je zult sterven. Dat is het beeld. Gods aanwezigheid was daar. De vleugels van de cherub over het verzoendeksel. Je zegt, wow, dit klinkt niet echt als genade. Maar ik zeg je dit, Zo vreselijk als deze voorstelling is, zo voorzichtig als ze moesten wandelen, weet je wat de ene hoop was in dit alles? We hoorden over schaduwen. Het ene ding dat dit uitbeeldde, hoewel het eens per jaar was, hoewel de man de juiste afstamming moest hebben, hoewel hij de juiste kleding moet dragen en de juiste offers moest brengen, weet je waar dit over sprak? Zelfs eens per jaar een zondaar gemaakt uit stof zoals wij kwam tot aan het verzoendeksel. het gaf ons een heenwijzing dat de weg terug naar God werd geopend. O, zeer smal! En dat is het nog steeds. Je kunt maar beter gaan volgens de weg door God voorgeschreven of je zult sterven. Dat is het punt. Jeremia 30:21 in de HSV zegt, “Want wie is hij die met zijn hart borg wordt om tot Mij te naderen? -spreekt de HEERE” Broeders, luister. Het was uiterst gevaarlijk om tot God te naderen, maar ik wil dat je nadenkt over dit vers de volgende keer dat je het leest. Dit komt uit Hebreeen 10. “Omdat wij nu broeders, vrijmoedigheid hebben om in te gaan in het heiligdom…” Maar hier heb je het. Er is vrijmoedigheid “door het bloed van Jezus, langs een nieuwe en levende weg die Hij voor ons heeft ingewijd door het voorhangsel, dat is, door Zijn vlees, en om dat wij een grote Priester hebben over het huis van God. laten wij (hier heb je het) tot Hem naderen met een waarachtig hart in volle zekerheid van het geloof.” Ik hoop dat als je verzen zoals deze leest in de toekomst je je de gewichtigheid ervan realiseert. Nu, heel snel, Ik heb niet zo veel te zeggen op dit punt. Het tweede gevaar is dit. Het tweede gevaar is dat we proberen te naderen, maar er nooit komen en het niet kennen. Luister naar me. U weet dat Jezus een verhaal vertelt. Hier is een verhaal. Je hebt een Farizeeer en je hebt een tollenaar. En weet je wat er gebeurt? De Farizeeer bidt. God, ik dank u dat ik niet ben zoals hij. En ik doe dit en dat en dat. En hier heb je de tollenaar en hij keek zelfs niet op. God, wees mij zondaar genadig. Nou kijk, als je naar die Farizeeer toe zou gaan en hem zou vragen, nader je tot God? He zou zeggen, neem je me in de maling? Ik ben een Farizeeer. Als er iemand tot dicht bij God nadert, dan ben ik het. En kijk eens naar mijn leven, Ik vast twee keer per week. Ik geef de tienden. Natuurlijk nader ik tot God. En weet je wat? Jezus zei dat een van deze twee mannen gerechtvaardigd naar huis ging en de ander niet, en deze man hier ging niet gerechtvaardigd naar huis. Weet je wat dat ons te zeggen heeft? Het vertelt dat degene die dacht dat hij tot God naderde zelfs niet in de buurt kwam van God. En weet je? Dat beschreeft de Farizeeen echt. En we hebben veel Farizeeen. Dit beschrijft sommige mensen hier. Omdat je het zou kunnen zeggen. Zoals het er staat in Mattheus 7. We hebben in Uw naam geprofeteerd, we hebben in Uw naam duivelen uitgeworpen, en in Uw naam veel krachten gedaan. “Heere, Heere! Wij waren erbij!” Wij hebben in Uw aanwezigheid gegeten. En Hij zal zeggen, “Ik heb u nooit gekend.” En je zult ontwaken, en je zult zeggen, “Heere, Heere, we zongen de liederen!” Die gezangen vandaag waren prachtig! I houd ervan hier te zingen. Je zult zeggen, “We zongen de liederen! We hoorden broeder Tim preken! We hoorden broeder Craig preken! We hebben het gehoord.” En je zult ontdekken je had nooit…je had nooit toegang. En dit is wat Hij zegt: “Ik heb u nooit gekend.” Je kwam nooit tot dichtbij Mij. I heb u nooit gekend. Je was nooit dichtbij Mij. Aangezien je weg wilde blijven, ga je ver weg. Ga weg van Mij. Kijk, dit is het gevaar. Dit is het gevaar. Je gaat terug naar de spreuken, en er staat er staat dat het offer van de goddeloze een gruwel is voor de Heere. Denk daar eens over na. Ten eerste, mensen denken niet dat ze slecht zijn. Kijk, we lezen dat. O, het offer van de goddeloze is een gruwel voor de Heere. ja, ja, dat hebben we onder controle. Het probleem is alleen dat niemand die dit leest ooit denkt dat het over zichzelf gaat. Niemand denkt dat. We lezen dat en je denkt altijd aan een ander. Waarom? Omdat tenzij je die zeldzame persoon bent die op het punt is aanbeland overtuigd te worden door God – ware overtuiging – waar God je heeft ontdekt en laten zien wie je werkelijk bent en je rechtvaardige daden zijn als een bezoedeld kleed en dat je berooid en gebroken bent en ziek en werkelijk een geestelijk melaatse en je hebt deze etterende zweren van de ziel… je ziet jezelf! Ik verga. Ja, zulke mensen, zij kunnen dit lezen en zeggen, dat beschrijft mij. Maar de meeste mensen? Nee, een echt Christen is niet een slecht persoon zoals dit. En het probleem is dat de mensen daarbuiten, de grote meerderheid, en velen die in de kerk bedrogen worden, niet denken dat ze kwaad zijn. Dus weet je wat het probleem is niemand denkt dat hij slecht is. En dit is het probleem, omdat mensen niet vinden dat ze slecht zijn, gaan ze een offer brengen aan God, ze brengen hun offer en weet je wat ze denken? Zich niet realiserend dat ze kwaad zijn, ze denken dat ze eigenlijk de laatste mensen zijn die slecht zouden zijn omdat ze hun offer hebben gebracht. En toch, het offer… je doet geld in het bakje. Je kwam en je hielp met de bediening. Kijk, ik hoop dat iedere persoon die geld in dat bakje heeft gedaan en die geholpen heeft met die bediening oprecht is. Dat hoop ik. Maar weet je wat? Je kunt die offers brengen en je kunt beginnen te denken dat alles in orde is. En toch, hoe meer je opoffert, het is niet aanvaardbaar. Het is niet een van die vruchten die getoond zullen worden op de oordeelsdag en je zult horen: Goed gedaan, goede en trouwe dienaar. Het zal zijn: uw rechtvaardige daden waren als een bezoedeld kleed. En weet je, uw offer was Mij een gruwel. Waarom? Het voert altijd terug naar dit ene. Omdat mensen op de verkeerde manier to Hem naderen. En je weet wat de Farizeeer deed. Hij naderde niet gebroken en verbrijzeld tot God, en rustend op de verdiensten van een Ander. Hij ging in zijn eigen verdiensten. Zie je, je gaat het offer vertrouwen, maar je moet HET offer vertrouwen – niet die jij brengt, maar dat Christus bracht. Het gevaar? We doen dingen waarvan we geloven dat ze ons dichterbij brengen, maar alles wat het doet is God nog meer toornig maken. Broeders, luister hiernaar. Luister. Deze God – deze God Die ik heb beschreven… Je ziet het Lam van God. Waar denken we aan als we aan het lam van God denken? Het lam van God dat de zonden der wereld wegneemt. Maar je weet dat als je Openbaringen gaat lezen, het gaat over de toorn van het Lam. Heb je dat ooit gelezen? Dat zou je moeten lezen. Je zegt, wat? Lammeren worden niet verondersteld toornig te zijn. Nee, maar degene uit de Schrift is dat wel. Uiteindelijk komt Hij in toorn. Luister, ik word vaak bewogen door deze passage. “Zie, Hij komt met de wolken en elk oog zal Hem zien, ook zij die Hem doorstoken hebben, en alle stammen van de aarde zullen rouw bedrijven, over Hem. Ja, amen.” Weet je? Als iedereen in de Verenigde Staten die zegt christen te zijn echt christen was als Christus kwam, dan zou ons land niet worden gekenmerkt door een gejammer. Het zou worden gekenmerkt door een lofprijzen, vrolijk zingen, psalmzingen. Maar weet je wat er staat? Wil je het complete beeld hebben van doe de aarde eruit ziet als Christus komt? De grote meerderheid, de manier om het geheel te characteriseren is als een gejammer. Waarom? Omdat deze God Die ik heb beschreven met die [pijl en boog], Hij komen zal en Hij zal richten op het gezicht van mensen. En weet je wat? Mensen zijn verbijsterd. Nogmaals, mensen zijn zo gewend aan genade en zo gewend aan medelijden, zo gewend aan Gods geduld en Zijn vriendelijkheid dat, wat is dit? Wacht, wacht, wacht! Dit komt niet uit. De pandemie was juist aan het overgaan. Ik was net bezig met terug te keren naar werk. Realiseer je je hoe dit ieders leven zal verstoren als Christus komt? Het is voorbij. En waarom is de meerderheid van u verbijsterd? Omdat je het voorwerp zal zijn van Zijn toorn En ze roepen tot de bergen om op hen te vallen omdat ze een plaats zoeken om zich te verbergen omdat dit absoluut verschrikkelijk is. Oh! But God is love! Oh! Maar God is liefde! Ja, God is liefde en daarom gaf Hij de mens een weg om te ontkomen maar de grote meerderheid van de mensen weigerde dat. Sommigen van jullie jongen mensen, jullie hebben het geweigerd. Jullie ouders hebben met jullie gepleit. Jullie weten dat de moeders terugkeren na de preek en bidden. Je weet dat op woensdagen de ouders namens jullie bij de Heere pleiten. En jullie verharden je hart en je denkt dit gaat me nooit inhalen. De dood komt en de wederkomst komt eraan. Je komt hier niet onderuit. En als dat je grijpt, deze mensen jammeren, waarom? Omdat het over is. De mens is lang genoeg weggekomen met zijn zonde en plotseling is Hij er en Hij gaat… weet je hoe Bunyan dit uitbeeldde in de Christenreis? Je had de man die een droom had en daar was Christus. En hij zei ik kon niet ontsnappen van Zijn ogen. Je kan niet ontsnappen van Zijn ogen. Het is alsof waar ik ook heenging Hij naar me keek. Zijn ogen waren op mij gericht en ze wisten alles wat ik had gedaan. Ik was in de problemen. Ik kon niet weg. Er was geen plaats om me te verbergen. Je wil dat de bergen en heuvels op je zullen vallen. Het lam van God, Hij komt an Hij giet de toorn van God uit. Christus – weet je, de wereld houdt ervan naar Hem te kijken, lang haar, vrouwelijk, onschuldig, of dood aan een kruis op de muur, of we houden van de baby in de kribbe. Hij is niet langer de baby in de kribbe en Hij zal komen en Hij zal de toorn van God uitgieten en Hij zal deze nemen die zich niet onderwierpen aan Hem en Hij zal ze slachten voor Zijn aangezicht. En de hel is eeuwig. en je zult eeuwig gestraft worden waar de worm niet sterft, en het vuur niet uitdooft. Dit is geen grap. Dit is geen sprookje. We hebben te maken met de God van de Schrift – niet de God van onze eigen inbeelding. We willen dit onderdrukken. We willen niet denken dat dit waar is. Mensen willen dit niet toegeven. Maar dit komt uit de bijbel. Je weet dat ik dit niet verzin. Je weet dat dit echt is. Onze God is gevaarlijk. Maar luister, er is geen gewelddadigere uitdrukking van Gods toorn in de hele bijbel dan wat we vinden aan het kruis. en als je verbijsterd wil zijn en als je onthutst wil zijn, daar was een onschuldige Mens! Er zijn momenten waar mensen kunnen zeggen dat is niet eerlijk. Mensen houden ervan dat te zeggen. Dat is niet eerlijk. Dit is niet juist. Heb ik kanker gekregen? Dit is niet eerlijk. Nee, als je verbijsterd wil zijn als je naar een plek wil kijken waar je verbijsterd zou moeten zijn door het feit dat er een ongerechtigheid gebeurde? Er was een onschuldige man en God fel en verschrikkelijk in Zijn toorn goot het uit over Christus. Maar in feite werd gerechtigheid gehandhaafd omdat het niet voor Hem werd gedaan. Het werd gedaan voor anderen zodat deze weg geopend mocht worden. De enige ware onschuldige Mens. Daar was Hij. Als je hierover nadenkt: “Langs een nieuwe en levende weg, die Hij voor ons geopenbaard heeft door het voorhangsel, dat is door Zijn vlees…” Er staat, “Laten wij tot Hem naderen.” Je weet dat christenen de enige mensen zijn op het aardoppervlak die toegang hebben. We zijn de enigen. We zijn de enigen die enige hoop hebben, enige zekerheid. Kinderen, wat denken jullie? Denk je dat alleen door in een christelijke familie te zijn, dat je toegang zal geven? Er is maar 1 weg. Er is er maar 1. Mensen zijn dwazen. Ze denken dat God makkelijk te benaderen is. We denken dat we toonbaar zijn. We stellen ons voor dat God voorbij gaat aan zonden en dat Hij een oogje toeknijpt. Kijk, wacht niet! Jongen mensen, wacht niet tot die dag wanneer je gedwongen wordt te komen aangezicht tot aangezicht met je Rechter en dat Hij naar jou kijkt met die verschrikkelijke ogen Er zal niet langer liefde meer zijn voor zondaren. Als je die dag laat komen zul je niet klaar zijn om tot God te naderen en eeuwig met Hem te leven door de toegang die Hij alleen heeft aangebracht door dat kruis, door Zijn Zoon Jezus Christus… je stelt het gewoon uit, en ik zeg je dat die dag zo vreselijk voor je zal zijn en het zal vreselijk zijn voor altijd. En als je daar geweest zult zijn tienduizenden jaren in die poel van vuur, dan is het slechts net begonnen omdat zonde tegen God een vreselijke misdaad is. God is rechtvaardig. Onthoudt, Gods boog is nu gespannen richting jouw gezicht. Maar er is er Een die tussenbeide is gestapt en de pijl heeft opgevangen. Dat is je enige hoop. En bedenk dit, “We hebben geen Hogepriester Die geen medelijden kan hebben met onze zwakheid, maar Een die in alles is verzocht geweest als wij, maar zonder zonde. Laat ons daarom naderen met vrijmoedigheid…” De HSV zegt “met vrijmoedigheid… naderen tot de troon van de genade.” het mooie is dat als christenen, we zouden moeten aarzelen, omdat we zouden moeten stoppen en denken aan de God tot Wie we komen. Maar als de waarheid van het Evangelie je aangrijpt en je beseft wat God heeft gedaan, o, dan mag je daar vrijmoedig binnengaan. Nader vrijmoedig tot de troon van de genade waar mensen vroeger niet in durfden te gaan. De toegang is er. Je kunt er binnen snellen! Maar onthoudt, God is nog Dezelfde. Maar als je komt en dit alles beseft – hoe gevaarlijk Hij is, gewoon Wie de God van de Schrift is, dan zal je beseffen dat voor Hem om te zeggen: Ik zal Mijn eigen Zoon niet sparen. Ik zal Hem opofferen zodat jij tot Mij zal komen. Wat een heerlijk goed nieuws dat is! Omdat toen de engelen zondigden, dat was het. Hoe ellendig zal je zijn als God je een weg gaf, Hij maakte daar de deur – maar er maar 1 deur. Maar jij zei, nee, ik denk dat ik in de wereld ga spelen. Ik ga op een dag door de deur. Maar alleen niet vandaag. Je speelt op die manier met je ziel… Ik denk niet dat iemand in de hel dacht dat ze zouden sterven die dag. Ze hadden een plan voor hoe ze daar niet zouden eindigen. Het grijpt je altijd onverwacht. Het grijpt je altijd voordat je nadenkt. Vader, ik bid dat de ernst van dit tot U naderen mensen zou doordringen. Ik bid dit in de Naam van Hem Die de weg, de waarheid en het leven is. Niemand kan tot de Vader komen dan door Hem. Want door Hem hebben we beide toegang in 1 Geest tot de Vader. We kunnen vrijmoedig naderen. Hij heeft een weg gemaakt om in te gaan in het heiligdom. Heere, ik bid dat daar niemand zal zijn die zo dwaas is om te ontwaken alleen om verteld te worden weg te gaan. Heere… Ik zou alleen tegen ieder van jullie zeggen, jullie jongen mensen, vraag slechts de Heere. Kijk, niemand wordt gered zonder de Heere aan te roepen. Vraag Hem. Vraag Hem je zonden te vergeven. Nader tot Hem op die manier, zoals de tollenaar. Erkennend dat je een zondaar bent. Ik verdien niet tot U te kunnen naderen. Maar ik weet wat U hebt gedaan aan het kruis. Om Jezus wil, alstublieft vergeef mijn zonden. Ik wil op die manier kunnen komen. Niemand wordt gered zonder de Heere aan te roepen. Spreek tot de Heere. Vraag Hem je te vergeven. Vraag Hem jou te vergeven. Hoeveel christenen kunnen zeggen God redde ze toen ze alleen maar een klein gebed deden, zoals “Heere, help mij” “Heere, red mij.” Amen.